Het oog heeft verschillende receptorsystemen voor het verwerken van optische prikkels. Het staafjes- en kegeltjessysteem is bestemd voor de visuele waarneming. De
staafjes zijn relatief gelijkmatig over het netvlies verdeeld. Deze onderscheiden zich door hun hoge lichtgevoeligheid en staan een grote gezichtshoek toe bij geringe
verlichtingssterktes (
scotopisch zien). De gezichtsscherpte is echter gering. Kleuren worden niet waargenomen. De
kegeltjes zijn daarentegen hoofdzakelijk in het brandpunt van de lens (fovea centralis) geconcentreerd. Deze maken het mogelijk om scherp en in kleur te zien in een begrensde gezichtshoek, vereisen echter hoge verlichtingssterktes (
fotopisch zien).
Actuele onderzoeken hebben aangetoond dat er nog een groep receptoren in het netvlies aanwezig is: lichtgevoelige ganglioncellen. Deze zijn niet bestemd om te zien, maar geven belangrijke informatie over de lichtsterkte en daardoor over de duur van dag en nacht door. Deze waarneming van de omgevingshelderheid speelt een belangrijke rol voor het
circadiaans ritme: zo maakt het ochtendlicht ons actief, maar wanneer het donker wordt, komen slaaphormonen vrij, waardoor we moe worden. Lichtgevoelige ganglioncellen sturen daarmee onze biologische klok.